Met haar zesentwintig jaren is Linda Maria Baros de jongste laureaat uit de geschiedenis van de Prix Apollinaire. Ze debuteerde op haar zevende in het jongerentijdschrift Scânteia tineretului (De vonk van de jeugd). Vanaf 2001 verschenen zo’n twintig boekpublicaties, vooral eigen en vertaalde poëzie, zowel in het Frans als in het Roemeens. In duo met Jan H. Mysjkin heeft ze ook een aantal Nederlandse dichters in het Roemeens vertaald, onder wie Remco Campert, Arjen Duinker, Gerrit Kouwenaar, Sybren Polet, Alfred Schaffer en Mustafa Stitou.
Haar eerste Franse bundel Le livre de signes et d’ombres (Het boek van tekens en schaduwen) werd in 2004 bekroond met de Prix de la Vocation. Hij verscheen vervolgens bij de kleine maar fraaie uitgeverij Cheyne. Haar tweede bundel bij diezelfde uitgeverij, La maison en lames de rasoir (Het huis van scheermesjes, 2006) werd bekroond met de Prix Apollinaire. De derde bundel, L’Autoroute A4 et autres poèmes (2009) verscheen ook in het Nederlands als De autosnelweg en andere gedichten (Poëziecentrum, Gent, 2014).
links |